HERVORMING ERFRECHT – WAT MET DE VÓÓR 1 SEPTEMBER 2018 UITGEVOERDE PLANNINGEN?

 

De wet tot hervorming van het erfrecht (zie hierover onze eerdere nieuwsbrief) zal op 1 september 2018 in werking treden. Voor overlijdens vanaf die datum zullen de nieuwe regels in principe van toepassing zijn. Dit houdt in dat deze nieuwe regels ook van toepassing zullen zijn op de schenkingen die de erflater die komt te overlijden vanaf 1 september 2018, vóór die datum heeft gedaan. In een aantal gevallen kunnen of zullen de huidige regels van het erfrecht evenwel van toepassing blijven.

1) De huidige regels blijven van toepassing om te bekijken of een vóór 1 september 2018 gedane gift, erfovereenkomst of verklaring geldig is (zowel materieel als formeel);

2) De huidige regels blijven van toepassing voor wat betreft de kwalificatie van een schenking gedaan vóór 1 september 2018 als voorschot op erfdeel gedaan dan wel met vrijstelling van inbreng. Voor wat betreft de aanduiding van een begunstigde van een levensverzekeringscontract, waarbij op heden een vermoeden geldt dat de aanduiding met vrijstelling van inbreng is gebeurd, zal de nieuwe regel dat de kwalificatie moet gebeuren volgens het gemeen recht, pas gelden voor aanduidingen van begunstigden die zijn gebeurd ná de inwerkingtreding van de nieuwe wet;

3) Inbreng ten aanzien van of door de langstlevende echtgenoot zal onder het nieuwe erfrecht in principe niet meer bestaan. Wanneer bestaande schenkingen moeten worden ingebracht ten aanzien van of door de langstlevende echtgenoot, zal dit evenwel nog steeds kunnen gebeuren volgens de huidige regels daaromtrent. Dit zal bijvoorbeeld van belang zijn voor een schenking gedaan met een last tot afstand van een rente ten voordele van de schenker waarbij deze last ophoudt te bestaan bij het overlijden van de schenker. In de mate de schenking als voorschot op erfdeel ten aanzien van de langstlevende echtgenoot is gedaan, kan de langstlevende op heden via de techniek van de inbreng een bepaalde inkomstenstroom bekomen. Voor bestaande planningen zal dit voor de langstlevende dus nog steeds mogelijk zijn. Voor planningen vanaf 1 september 2018 dient op een andere manier in een inkomstenbehoud voor de langstlevende te worden voorzien;

4) Is de schenking met voorbehoud van vruchtgebruik in hoofde van de schenker gebeurd, dan zal de langstlevende echtgenoot in principe onder de nieuwe regels van het erfrecht dit vruchtgebruik kunnen verderzetten. Dit zal evenwel niet gelden voor schenkingen die met vrijstelling van inbreng ten aanzien van de langstlevende zijn gedaan vóór 1 september 2018;

5) Het huidige art. 918 BW zal logischerwijze van toepassing blijven op akten verleden vóór 1 september 2018 waarop dat artikel van toepassing is;

6) Wanneer uitdrukkelijk is bedongen dat de schenking vatbaar is voor inbreng of inkorting in natura, zullen de huidige bepalingen met betrekking tot de wijze van inbreng of inkorting van schenkingen van toepassing blijven;

7) Ten slotte is er vanaf 1 september 2017 gedurende een termijn van één jaar voor de schenker de mogelijkheid om bij notariële akte een verklaring af te leggen waarbij hij ervoor opteert dat, hoewel hij komt te overlijden ná de inwerkingtreding van de nieuwe wet, op alle schenkingen gedaan vóór de inwerkingtreding van de nieuwe wet, de huidige bepalingen met betrekking tot de wijze van inbreng van toepassing blijven in plaats van de nieuwe bepalingen. Daarnaast kan de schenker er tevens voor opteren dat de huidige bepalingen omtrent de wijze van inkorting van toepassing blijven op alle schenkingen die hij heeft gedaan vóór de inwerkingtreding van de nieuwe wet.

Wordt geopteerd voor de huidige bepalingen van de inbreng en/of de inkorting, dan zal dit gelden voor álle gedane schenkingen, zowel rechtstreekse als onrechtstreekse, zowel van roerende goederen als van onroerende goederen, gedaan vóór de inwerkingtreding van de nieuwe wet.

Het zal dan ook zaak zijn om de reeds gedane schenkingen onder de loep te nemen en te bekijken of het aangewezen is dat de huidige dan wel de nieuwe bepalingen van inbreng en inkorting erop van toepassing zullen zijn.

Mocht het daarnaast om bepaalde redenen nuttig zijn dat de huidige bepalingen van de inbreng en/of de inkorting nog van toepassing zullen zijn op vermogen dat nog moet worden geschonken, dan kan dat voor planningen die nog gebeuren vóór 1 september 2018 mits het afleggen van de hierboven vermelde verklaringen.

Of het aangewezen is om nog schenkingen vóór de inwerkingtreding van de nieuwe wet te laten plaatsvinden teneinde de huidige regels van het erfrecht te kunnen toepassen en of het daarnaast aangewezen is om de bovenvermelde verklaringen af te leggen, zal voor elk dossier tijdig en nauwkeurig moeten worden geëvalueerd.

 

Erfrecht: het zit in ons, DNA.