Interpretatie Vlabel van handelsactiviteitsvoorwaarde voor gunstregime “familiale vennootschappen” gesloopt door Hof van Beroep: vastgoedactiviteiten kunnen op zichzelf wel degelijk een reële economische activiteit zijn!

“Familiale vennootschappen” kunnen onder een aantal voorwaarden vererven en worden geschonken aan een gunsttarief. Dit gunsttarief bedraagt 0% in de schenkbelasting (in plaats van de reguliere tarieven van 3% en 7%) en 3% dan wel 7% in de erfbelasting (in plaats van de reguliere progressieve tarieven die al snel oplopen tot 27% in de rechte lijn en tussen echtgenoten en tot 55% tussen anderen). Eén van de voorwaarden om van dit gunsttarief te genieten is dat de vennootschap waarvan de aandelen worden vererfd of worden geschonken – vereenvoudigd gesteld – een “reële economische activiteit” voert. Vlabel neemt hierbij klassiek het standpunt in dat een vastgoedactiviteit in beginsel niet kan worden beschouwd als een “reële economische activiteit”.

In een arrest d.d. 21 juni 2022 oordeelt het Hof van Beroep te Gent dat vastgoedactiviteiten wel degelijk een reële economische activiteit uitmaken indien ze op duurzame wijze een maatschappelijke meerwaarde genereren en het louter passief beheer van onroerend goed overstijgen. Het Hof benadrukt in haar arrest dat dit begrip in zijn gewone betekenis moet worden opgevat en uitgelegd en er dus geen enkele reden is om vastgoedactiviteiten in principe uit te sluiten van het begrip reële economische activiteit. Het Hof stelt expliciet dat door er anders over te oordelen Vlabel een extra voorwaarde toevoegt aan de wet.

Het Hof oordeelde reeds eerder in het ondertussen gekende “slagersarrest” d.d. 1 juni 2021 dat het aanhouden van vastgoed dat niet wordt aangewend voor de handelsactiviteit de kwalificatie als “familiale vennootschap” niet in de weg staat, waarmee de interpretatie van Vlabel reeds aanzienlijk afbrokkelde.

Nu stelt het Hof bij arrest d.d. 21 juni 2022 ook nog zeer nadrukkelijk dat een loutere vastgoedactiviteit op zich ook kan volstaan als deze een maatschappelijke meerwaarde oplevert. Er wordt uitdrukkelijk gesteld dat hiervoor geen personeelsvereiste geldt. Het Hof neemt een aantal feitelijke elementen in overweging om in concreto tot een voor de belastingplichtige positief oordeel te komen, waaronder de omvang en de organisatie van de activiteit en het ondernemingsrisico (bv. door externe financiering).

In de zaak die aanleiding gaf tot het arrest van 21 juni 2022 was er geen privé gebruikt vastgoed aanwezig. Evenwel in combinatie met het eerdere arrest d.d. 1 juni 2021 zou ‘privé-vastgoed’ aangehouden naast het vastgoed voor de daadwerkelijke vastgoedactiviteit o.i. evenmin nog een beletsel mogen vormen.

Dit arrest is dus positief voor zij die vastgoedvennootschappen wensen te schenken of ingevolge overlijden verkrijgen. Het risico bestaat evenwel dat dit slechts een tijdelijk gegeven is, daar de kans groot is dat de decreetgever op eerder korte termijn aan de voorwaarden van het gunstregime zal gaan sleutelen.

Eveline Van De Gejuchte (vandegejuchte@deknudtnelis.be)
Sven Nelis (nelis@deknudtnelis.be)
Guillaume Deknudt (deknudt@deknudtnelis.be)